Voorburgse kinderlijkjes

Voorburg - Grote commotie ontstond er in 1937 aan de Koningin Wilhelminalaan toen daar een kinderlijkje werd gevonden. Niet alleen de bewoners aan de laan spraken er vol angst over, maar het was nieuws voor alle kranten. Iedereen vroeg zich af van wie de baby kon zijn. Wist iemand van een verborgen zwangerschap uit de buurt? 

Door F.J.A.M. van der Helm

Kinderlijkjes werden met enige regelmaat gevonden in onze contreien. Alleen te Voorburg werden in de periode 1890 tot 1940 al negen lijkjes gevonden van pasgeboren baby’s. Het aantal moorden op volwassenen was daarentegen op de vingers van één hand te tellen. De vondst van het lijkje uit 1937 werd gedaan door een krantenbezorger. Op een zondag in de zomer van 1937 vond hij aan de kant van de Broeksloot nabij de spoorbaan bij de Koningin Wilhelminalaan het in kranten gewikkelde stoffelijke overschot van een kindje.

De politie werd gewaarschuwd en de dienders verrichten ter plaatse onderzoek. Het gebeuren trok veel bekijks. De buurt was verbaasd. Het lijkje werd per ambulance afgevoerd naar het ziekenhuis waar nader onderzoek werd verricht. De resultaten van de sectie werden niet nader bekend gemaakt. Zelfs het geslacht bleef onbekend. Een buurtonderzoek volgde, doch leverde weinig op.

Vermoedelijk was het kindje afkomstig van een in nood verkerende vrouw, die zich geen raad wist met het kindje. Misschien doordat ze nog jong was, misschien omdat de vader onbekend was, misschien omdat haar milieu er schande over zou spreken. Het was in die tijd ongewenst om ongehuwd zwanger te geraken. Die kinderen werden bastaards genoemd en tijdens hun opvoeding werden ze nagekeken door hun omgeving.

In de crisisjaren kwam de moord op ongewenste baby’s nog meer voor wat duidelijk wijst op de financiële situatie waarin moeder of haar gezin verkeerde om een mond te voeden. In 1932 waren er twee lijkjes gevonden. In het voorjaar werd op het weiland achter de Laan van Nieuw Oosteinde een lijkje gevonden van een pasgeboren baby van het vrouwelijke geslacht. Ook gewikkeld in een krant en daarbij een zwarte japon. De krant werd meestal toegevoegd om de datum te kunnen bepalen. In het najaar van datzelfde jaar werd een lijkje van ongeveer twee weken oud uit de Vliet gehaald nabij ‘Vreugd en Rust’. Het was een meisje en was ongekleed.

De Vliet was bijvoorbeeld een plek waar ongewenste kinderen werden gedumpt in de hoop dat ze niet meer werden gevonden. Zo werd in 1926 in de Vliet nabij Damzicht een lijkje opgevist dat al in vergaande staat van ontbinding verkeerde. In 1898 werd eerder ook al een lijkje nabij Hoekenburg uit de Vliet gevist.

In 1890 werd een kinderlijkje van een 1 maand oud meisje gevonden in een beerput. De ongehuwde moeder was reeds voor de derde maal zwanger, beviel in het geheim en vermoordde het baby’tje. Het was één van de weinige keren dat de dader werd opgepakt.

Reacties naar helmhuis@ziggo.nl.