Afbeelding
HISTORISCH LEVEN AAN DE VLIET

Injectie tegen pokken

Actueel 598 keer gelezen

Leidschendam - Ook al klagen we ieder jaar over de stijgende kosten van de zorg, we krijgen er ook wel wat voor terug! De laatste decennia is de gezondheidszorg met grote sprongen vooruitgegaan. De tijd dat een simpele ontsteking niet met penicilline behandeld kon worden ligt ver achter ons. Sinds 1980 is ook pokken bedwongen; het bestaat niet meer (52).

De simpele plattelandsbevolking had afgelopen eeuwen heel wat te stellen met diverse besmettelijke ziekten, waarvan de naam soms niet eens bekend was. De cholera kwam veelvuldig voor in de 19e eeuw, maar ook t.b.c. (tering), tyfus en pokken konden gemakkelijk voor een uitbraak zorgen. De angst voor het onvermijdelijke lag constant op de loer in de wereld van enkele eeuwen geleden. Het was een kwestie van leven en dood. In 1894 zien we nog een pokkenuitbraak te Hilversum en later nog te Rotterdam en Noord-Brabant.

In Nederland was een vaccinatieprogramma op gang gekomen om kinderen op jonge leeftijd in te enten tegen de uiterst besmettelijke pokken. In Veur was dokter Van Zeeland actief met het verstrekken van injecties aan vooral kleine kinderen, maar ook aan volwassenen die binnen de risicogroep vielen. In de administratie van de huisarts komen we een uitgebreid kaartsysteem tegen van zijn behandelde patiënten. Ze staan keurig per jaar gerangschikt. Het vaccinatieprogramma tegen de pokken had vorm gekregen in 1872 en werd in 1912 verder aangescherpt. Het zou uiteindelijk tot 1976 duren. De huisarts moest bij de inenting overtuigd zijn van een goede gezondheid van zijn patiënt anders diende deze te worden uitgesteld. Het kaartsysteem van Van Zeeland gaat vooral om 1916.

De jonge huisarts F.H.M. van Zeeland vestigde zich in 1915 te Veur en verdiepte zich daadwerkelijk in de verbetering van de leefomstandigheden, waarin zijn patiënten verkeerden. Samen met de kruisvereniging probeerde hij bij nacht en ontij zieken, die een beroep op hem deden te bezoeken. Het was nog in de tijd dat de telefoon geen gemeengoed was. De vroom katholieke man was constant op pad. Zeker bij een griepepidemie liep hij van het ene huis naar het andere om een troostend woord te richten en adviezen te geven. Dat viel niet altijd mee, daar een groot deel van zijn patiënten ongeschoold dan wel slecht geschoold was.

Na een pokkenprik moest de patiënt na enkele weken terugkomen voor controle. Was de reactie van de inenting positief dan kreeg de patiënt een kaart waarop werd vermeld dat hij met goed gevolg de inenting had doorstaan. Dit inentingsbewijs of boekje moest goed worden bewaard tezamen met de andere inentingen om bij iedere medische controle te kunnen laten zien. Van het inentingsbewijs behield de huisarts een duplicaat. Belangrijk was dat iedereen zich liet inenten, omdat kinderen op school erg kwetsbaar waren daar pokken zeer besmettelijk was. In 1957 droeg Van Zeeland zijn praktijk aan de Damlaan over aan dokter Keijser.

Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant