Door: Ronald Lamping
Door: Ronald Lamping

BARBECUE

Actueel 432 keer gelezen

Ruim 3000 jaar geleden leefden mensen eenvoudig. Vrouwen thuis, mannen op jacht. Zo ongeveer verliep de verdeling. Er werd hout gesprokkeld en vuur gemaakt. Mannen keerden terug van de jacht. Geschoten wild werd ontdaan van vacht en in stukken gehakt met zelfgeslepen stenen bijlen. Na het roosteren vrat men het vlees met verrotte tanden op. U voelt wel, daar kwamen geen sauzen van Calvé aan te pas.

Dit beeld van verre voorvaderen schreeuwt om bijstelling. Vlees boven vuur is niet langer noodzaak, maar een culinaire happening. Onze stamhouders zaten rond het kampvuur barbaars kwijlend te kanen, waarbij ze nou niet direct dachten aan de Keuken Kampioen, Bemmel en Kroon of Mandemakers.

Deze barbaar heet anno 2020 manlief of levenspartner. Zo voelt hij zich echter niet. Het liefst luistert de man van nu naar ‘bink’. Beter, keuken-bink! Niets is over van de behaarde jager, die vaak zonder buit thuiskwam, omdat het hem aan goede wapens ontbrak. De culinaire man van nú voelt zich niet zelden een 3 sterren mirakel.

Beetje man heeft nu een buitenkeuken. Staat stoer en plaatst de man op een hoger level dan waar hij zich hoort op te houden. Buitenkeuken. Zo`n barbecue met zijvleugels. Zeg maar, een uitklapkookstel. Dát is wat de man van nu het predicaat ‘master of the kitchen’ geeft.

De barbecue is niet langer een bak met houtskool of briketten. Daarop de crematie van een lap aangebrand vlees, waar alle levenssappen uit verdwenen zijn. Als je zo`n kipfilet te hard op je bord gooit, breekt dat servies in stukken. Dit beeld verdwijnt.

Nu staat vader pontificaal in de tuin achter zijn fornuis met zes branders, grillsysteem en onmisbaar gereedschapsrek. Hij heeft het beheer over twee zijtafels met infrarode zijbrander en sizzlezone (!) om sauzen te verwarmen. Als klap op de vuurpijl kent zijn buitenkeuken verlichte knoppen om (nog) meer sfeer in de tuin te genereren.

Vader is topkok. Voelt de Michelinster binnen handbereik. Verhoudingsgewijs is zijn buitenkeuken groter dan de tuin zelf. Maakt niets uit. Hij gaat ervoor. Gewapend met zo`n metalen kist vol barbecuegereedschap, waarvan hij de helft nooit zal gebruiken.

In wezen is het allemaal komisch. Binnenshuis doet hij geen ene culinaire moer. Met zijn vier-, vijf- of zespitter op het gazon verandert pa ineens in de chef-kok van een gerenommeerd restaurant, waar BN’ers komen die graag gezien willen worden en dan zeiken dat ze dat héél vervelend vinden.

Zo`n immense barbecue is natuurlijk belachelijk. Staat niet in verhouding tot het daadwerkelijke gebruik van de mogelijkheden die geboden worden. Barbecueën is simpelweg vlees op een gloeiende ondergrond. Sausjes, stokbrood, wat vers fruit en salade. Geen universitaire wetenschap.

Wat je nu ziet is een megalomaan uitgebreid apparaat voor wat hamburgers, worstjes en sateetjes. Staat stoer, lijkt statusverheffend. Zeker met schort en vaders naam (zucht) er op. Maar is dat natuurlijk niet. Niet stoer, deze vleesterminator?

Nee, meer een Hans Worst!

Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant