Laatste rit Blauwe Tram 60 jaar geleden

Leidschendam-Voorburg - De Blauwe Tram reed op zaterdag 31 augustus 1957 voor het laatst van Voorburg naar Scheveningen. Rond twaalf uur 's nachts werd aan het eindpunt bij de Gevers Deijnootweg tegenover het Palace Hotel door enige tientallen Scheveningers afscheid genomen van het personeel van de laatste Blauwe Tram met het aanbieden van een bloemetje en een rokertje.

Conducteur Hendriks werd uitgenodigd een glaasje mee te drinken, wat wagenvoerder Heugens echter niet was toegestaan. Hierna volgde het afscheid en vertrok de laatste Blauwe Tram rond middernacht naar Voorburg. In de bocht naar de Badhuisweg liet de wagenvoerder lang en hard nog eenmaal het vertrouwde geluid van de luchtfluit horen. Het Haags Dagblad bracht dit treurige nieuws als volgt: 'Zonder veel misbaar, maar met een dronk op de begrafenis van de Blauwe Tram hebben velen zaterdag kort na middernacht afscheid genomen van het geliefde vervoermiddel, dat hen jaren van Scheveningen naar Den Haag en terug heeft gebracht'.

Vooral de inwoners van Voorburg hebben geprotesteerd tegen het verdwijnen van hun Blauwe Tram. Op een van de haltes op de Parkweg was een treffende tekst aangebracht: 'Houwen die Blauwe'. De eerste graffiti! De Voorburgers hadden jarenlang gebruik gemaakt van deze populaire tram, die hen naar Den Haag en Scheveningen bracht. Op zomerse dagen werden extra trams ingelegd om de strandgangers snel en comfortabel te vervoeren. De tramrit leidde via het Bezuidenhout en de Koningskade door de Nieuwe Scheveningse Bosjes naar het eindpunt op een steenworp afstand van het strand. Tijdens de terugrit kon worden overgestapt naar Leidschendam, Voorschoten en Leiden. Dat de Blauwe Tram (gebouwd bij de gerenommeerde fabriek Ganz & Danubius in Budapest, waaraan de bijnaam Budapester te danken is) een populaire tram was, kwam mede door het gastvrije personeel. Er was soms sprake van een rijdende huiskamer.De genodigden hadden zich laten vervoeren in gloednieuwe blauwgrijze tramrijtuigen,

In september 1942 moest de Blauwe Tramlijn op last van de Duitse bezetter Scheveningen verlaten in verband met de bouw van de Atlantikwall. Pas in het voorjaar van 1947 kon de Blauwe Tram eindelijk weer doorrijden naar Scheveningen. De Voorburgse burgemeester dr. J.W. Nooteboom sprak bij de feestelijke heropening dat Voorburg weer aan de kust kwam te liggen. Helaas was dat van korte duur. Gelijktijdig met het afscheid te Scheveningen in 1957 verdween de Blauwe Tram op het baanvak Amsterdam–Haarlem–Zandvoort, 's nachts uitgeleide gedaan door duizenden toeschouwers.

De afgelopen jaren heeft de Stichting Historisch Genootschap De Blauwe Tram verscheidene exposities ingericht. Het Genootschap beschikt over een uitgebreide collectie voorwerpen en documentatie. Kijk voor meer informatie op www.blauwetram.nl.