Komt dat zien

Leidschendam - De ingang van het Veur Theater in Leidschendam heeft een opvallende poort. De veelkleurige boog wordt gedragen door twee zuilen die beide bestaan uit drie paarse pilaren. Ze worden bekroond door een kapiteel met horizontale strepen. Een vorm die weer terugkomt in de sluitsteen in het midden van de poort.

Door Anne Marie Boorsma

De versieringen op de boog tussen de letters doen denken aan die van glas-in-loodramen. Het leuke van dit kunstwerk is dat het een mengelmoes aan stijlen laat zien. De boogvormen (er zijn ook twee zijbogen) en de glas-in-lood-achtige versieringen doen denken aan gotische kathedralen. Maar het is ook een heel modern werk. Dat komt door de eigentijdse materialen, zoals aluminium, perspex en neon en door de felle Disney-kleuren. Het werk heeft ook iets speels, alsof een kind met veel plezier de vrolijkste vormpjes uit de blokkendoos heeft opgeduikeld en opgestapeld. De kerkelijke vormen verwijzen naar de oorspronkelijke functie van dit theater. Het is namelijk gebouwd als een gereformeerde kerk in 1909 door de Voorburgse architect G.J.P Klumper in de neogotische stijl, gecombineerd met de chaletstijl.

De kunstenaar, Jozef van der Horst (Voorburg 1946), liet zich bij zijn ontwerp ook inspireren door de Italiaanse Memphisgroep. Deze bestond uit interieurontwerpers die in de jaren tachtig van de vorige eeuw felle kleuren en speelse vormen gebruikten. Dit als reactie op de functionele strenge stijl van de jaren ‘20. Hun vrolijke ontwerpen neigden soms naar kitsch. Een bekende ontwerper van de groep was Ettore Sottsass. Memphis liet zich overigens weer inspireren door pop-art en art-deco. 

Het kunstwerk trekt vooral in de avond de aandacht door de neonverlichting. Alles lijkt dan te zeggen: ‘Komt dat zien, hier staat iets bijzonders te gebeuren’. Want zo is het. In het theater ga je een fictieve wereld binnen waarin we ons maar wat graag een uurtje of twee willen onderdompelen. Het theater is, hoe toepasselijk, ook in een voormalige kerk gevestigd.

Jozef van der Horst ging na zijn lts-examen o.a. werken als etaleur voor de Bijenkorf. Daarna ging hij naar de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten, afdeling Grafische Vormgeving in Den Haag en de Vrije Academie in dezelfde stad. Daar maakte hij ook kennis met het edelsmeden en maakte hij kinetische kunst, geïnspireerd door de Zwitserse kunstenaar Jean Tinguely. Hij werd vooral bekend om zijn neonobjecten. De eerste maakte hij in 1975 voor het Gemeentemuseum (nu Kunstmuseum) in Den Haag. De kunstenaar exposeert over het hele land. Ook regelmatig bij Pulchri Studio in Den Haag, waar hij een aantal jaren bestuursfuncties had.

Voor reacties en info over (online) cursussen kunstgeschiedenis: www.annemarieboorsma.nl.